Husqvarna Aspire P5-P4A Operator's Manual page 173

Let op:
Een nieuwe zaagketting heeft een
inloopperiode. Controleer tijdens deze periode de
spanning vaker.
1. Draai de afsteller van de kettingspanning rechtsom
om de zaagketting te spannen. Breng zo veel
mogelijk spanning aan op de zaagketting. Deze
moet strak tegen de geleider liggen. (Fig. 79)
Let op:
Draai de afsteller omhoog (+) voor meer
spanning en omlaag (-) voor minder spanning. De
zaagketting heeft de juiste spanning als u deze
nog gemakkelijk met de hand kunt draaien maar de
ketting strak tegen de geleider aanligt.
2. Controleer of de zaagketting gemakkelijk met de
hand kan worden rondgedraaid en of deze niet
doorhangt aan de onderkant van het zaagblad. (Fig.
80)
De snijuitrusting smeren
WAARSCHUWING:
smeren van de snijuitrusting kan een breuk
van de ketting veroorzaken wat tot ernstige
en zelfs dodelijke verwondingen kan leiden.
WAARSCHUWING:
afgewerkte olie! Afgewerkte olie is gevaarlijk
voor personen, het product en voor het
milieu.
Zaagkettingolie
• Gebruik een zaagkettingolie die goed aan
de zaagketting hecht. De zaagkettingolie
dient zijn viscositeit te behouden onder alle
weersomstandigheden, bijvoorbeeld tijdens een hete
zomer of koude winter.
• Gebruik kettingolie van Husqvarna voor een
maximale levensduur van de zaagketting en
Gebruikersinterface Aspire P5-P4A
Probleem Mogelijke fouten
Groene start-led Lage accuspanning.
knippert.
1867 - 007 - 10.01.2024
voor behoud van het milieu. Als Husqvarna-
zaagkettingolie niet beschikbaar is, gebruik dan een
standaard zaagkettingolie.
• In gebieden waar voor smering van de
zaagkettingen bestemde olie niet beschikbaar is, kan
X-Guard BIO-kettingolie worden gebruikt.
• Zorg ervoor dat de smering van de zaagketting
correct werkt. Vul met zaagkettingolie en controleer
indien nodig de zaagkettingsmering.
De geleider controleren
1. Controleer de randen van de geleider op bramen.
Verwijder bramen met een vijl. (Fig. 81)
2. Reinig de groef in het zaagblad. (Fig. 82)
3. Controleer de geleidergroef op slijtage. Vervang het
zaagblad indien nodig. (Fig. 83)
4. Controleer de punt van de geleider op ruwheid en
overmatige slijtage. (Fig. 84)
5. Draai de geleider dagelijks om de levensduur te
verlengen. (Fig. 85)
Product, accu en acculader reinigen
Onvoldoende
1. Reinig het product met een droge doek na gebruik.
2. Reinig de accu en acculader met een droge doek.
Houd de accugeleiderails schoon.
3. Zorg ervoor dat de aansluitingen op de accu en de
Gebruik geen
acculader schoon zijn voor gebruik.
4. Reinig het binnenvlak van de beschermkap met een
borstel.
Accu en acculader controleren
1. Controleer de accu op beschadigingen, bijvoorbeeld
scheuren.
2. Controleer de acculader op beschadigingen,
bijvoorbeeld scheuren.
3. Controleer of de aansluitkabel van de acculader niet
beschadigd of gescheurd is.
Probleemoplossing
Mogelijke oplossing
Laad de accu op.
173